Monthly Archives: July 2023

Laatste twee dagen zeilen

De laatste twee dagen van de vakantie was de bemanning van de Lytse Pier iets kleiner, we waren voor het eerst “slechts” met z’n drietjes. Maar wat voor bemanning, helemaal op elkaar ingewerkt na bijna twee weken zeilen. In Medemblik deden we eerst rustig aan, want de wind zou pas in de loop van de dag sterker worden. Lekker broodjes halen bij de bakker, en cappuccino drinken op een terrasje zorgt voor een relaxte start van de dag. 

Eniek heeft eigenlijk de hele dag aan het roer gestaan, ze is zelfs helemaal op eigen koers weggevaren van de kade, de andere boten die er nog lagen goed vermeden en met een mooie strakke bocht bracht ze ons het IJsselmeer weer op. We zetten koers naar Stavoren, ook al waren we daar al een keer geweest. Stavoren had een aantal pluspunten: ten eerste konden we op donderdag vanaf Stavoren weer makkelijk in Enkhuizen komen, zelfs met de voorspelde windkracht 1 en ten tweede hadden ze in Stavoren de allerlekkerste Friese koekjes, daar moesten we nog wel een paar van inslaan voordat we weer naar Zuid-Holland vertrokken. 

Bij de jachthaven van Stavoren kenden ze ons nog (dat krijg je als je uitgebreid een praatje maakt) en we kregen weer een mooie box toegewezen. Lagen we toch tegenover ons grote broertje: vroeger ook een Windkracht 5 schip en nu door een particulier overgenomen. Ons bootje zal hetzelfde lot wel ondergaan, want na een 5-tal jaren verhuur merk je toch wel dat alles wat ouder wordt…

In Stavoren m’n lange zwemtocht gepland, of in ieder geval qua tijd, qua afstand viel het iets tegen. Op de heenweg ging alles nog heel soepel, lekker met de golven mee, maar op de terugweg had je diezelfde golven ook weer recht tegen. En dan lijkt het IJsselmeer toch net op een endless pool, die gele boei waar ik naartoe aan het zwemmen was, wilde maar niet dichterbij komen, zo leek het. Bart hield zoals altijd alles goed in de gaten vanaf de kant, lekker op de dijk had hij gezelschap van wat aardige dames met praatjes. 

En dan breekt zomaar de laatste zeil-dag aan. Toch altijd goed om te stoppen op een punt dat je het nog erg naar je zin hebt op de boot en niet zo lang te gaan varen dat je eigenlijk geen zin meer hebt. De laatste dag was qua wind wel een kleine afknapper, want het was een echte dobberkoers. Soms hadden we maar 2 knopen wind (dat is nauwelijks windkracht 1 te noemen). Mijn zwemsnelheid is ongeveer 1.6 knopen, dus die uitdaging wilde ik wel aan. Eniek kneep het netjes als de voorsprong van de boot iets te groot werd, dus ik kon heerlijk naast de boot zwemmen. Meteen een techniek-filmpje van Bart gekregen, de analyse op verbeterpunten kan ik zelf maken. 

Restte ons op vrijdagochtend niets anders dan alles inpakken en de boot van buiten helemaal schoon op te leveren. Om tien uur kwam Peter de boot inspecteren en konden wij weer huiswaarts naar Pijnacker, alwaar Stijn ons opwachtte met lekker verse broodjes van de bakker als welkom. Die tig wasjes zijn al bijna allemaal gedraaid, op een mooie zeilvakantie kunnen we weer even teren. 

Nieuwe gast aan boord

Maandagochtend begon al vroeg, voor mij met een zwempartij in het kanaal tussen IJsselmeer en Markermeer en voor sommigen nog vroeger, want m’n vader zat al om half zes in de bus naar Arnhem centraal om met de trein naar Enkhuizen te komen. De wind was wel wat gaan liggen, maar was toch weer harder dan voorspeld: een lekkere vier/begin vijf. Het zwemmen was op de heenweg dus relatief rustig met als enige euvel dat mijn zwemboei steeds over me heen waaide en op de terugweg toch weer recht met m’n hoofd in de golven. Mij toch iets te veel gebeuk, dus na 1,2km hield ik het weer voor gezien. Was ook prima timing, want tegen de tijd dat ik had gedoucht en we hadden ontbeten stond opa ook al in de haven uit te kijken naar onze boot. 

Met een nieuwe gast aan boord voor twee dagen zeilen waren we al even aan het puzzelen geweest welke routes leuk zouden zijn. Wij wilden ook wat nieuws zien natuurlijk en dus viel de keus al snel op Hindeloopen. Die was met zuid-westen wind van 4-5 echt prima te bezeilen, al was de golfslag toch wel dusdanig dat we allemaal een reddingsvest omdeden. Safety first. 

We hadden al even vooruit gebeld naar de jachthaven van Hindeloopen of ze en plekje voor ons hadden, box 126 direct aan bakboord werd ons gezegd. Het plekje vinden was eenvoudiger dan erin komen met die harde wind. Gelukkig waren er weer voldoende mensen op de wal die kwamen helpen. Het aanleggen in een box gaat prima als de wind minder is dan 4 heb ik besloten, als het harder waait, zijn er te veel dingen om op te letten en is het lastiger afstappen. Ach, gelukkig dat alle watersporters zo behulpzaam zijn en helemaal mazzel als dat dan ook nog mensen zijn met verstand van zaken (dat is altijd maar afwachten natuurlijk). 

Na een lekkere boterham aan boord hadden we dus de hele middag om het stadje (noem het vooral geen dorp) te bekijken. Eigenlijk superpittoresque daar met al die kleine oude huisjes en overal bruggetjes en water. Ook nog even kijken naar de kitesurfers  aan de dijk, bij een aantal ateliers even naar binnen en een kopje koffie op het terras. Samen met tientallen Duitsers waren wij weer even toerist in eigen land. 

Al de hele vakantie waren we op zoek naar een pannenkoeken restaurant en in Hindeloopen hadden we eindelijk een te pakken. Zelf geadverteerd als de lekkerste pannenkoeken van Nederland, nou ja, dat is subjectief. Wat wel zo is: Hindeloopen heeft samen met Stavoren de mooiste zonsondergangen. Dan moet je natuurlijk wel even opblijven tot 10 uur om alles mooi vast te leggen, maar dat had ik er graag voor over (als enige!). 

Volgende dat haalden we verse broodjes en gingen we al snel op weg, want voor vandaag was de wind beduidend minder voorspeld. Niet alleen hadden we minder wind – voor het eerst hadden we enkele cijfers in de knopen wind – maar ook was hij nogal wispelturig en draaide hij soms wel 30-45 graden, dan denk je eerst dat je gek wordt en/of niet meer kan zeilen, maar dan blijft het gewoon een schifting te zijn. Midden in de koers zakte de wind zelfs tot 1 1/2 knoop, ja, dan dobber je in plaats van dat je vaart. Een klein stukje motoren dan maar, ook al is dat tegen de principes. 

Gelukkig was dat maar kort en stak de wind later weer op tot 7-8 knopen, konden we het laatste stuk richting Medemblik toch zeilend afmaken, al moesten we wel een aantal keer overstag als de volgende schifting ons weer eens totaal uit koers dwong. Om vier uur zagen we een mooi plekje langs de kade noordzijde, lekker dicht bij het centrum en toch nog voor de brug. Als volledig op elkaar ingespeelde bemanning legden we de Lytse Pier vakkundig zonder hulp van derden aan de kade. 

Een klein wandeling door het dorp, kopje koffie op het terras en toen was het al weer tijd om mijn vader naar de bus te brengen. Medemblik heeft geen NS station, alleen een stoomtrein station, maar de bus naar Hoorn is dan toch een stuk sneller. De terugreis naar Arnhem verliep voorspoedig en wij genoten met 1 man minder van een rustige avond in Medemblik. Nog twee dagen zeilen en dan is de koek al weer op. De wind ook zoals het er nu uit ziet, dus we gaan kijken waar de wind ons morgen gaat brengen zodat we ook donderdagavond weer in Enkhuizen geraken….

Te veel wind?

Ja, er bestaat inderdaad ook zoiets als te veel wind, te weinig ook, maar daar komen we hopelijk later op de week niet meer op terug omdat het weerbericht nog gaat veranderen. Maar iedere dag houden we de windvoorspellingen een beetje in de gaten en al een aantal dagen stond er voor zondag windkracht 7 op de radar. Tja, daar moesten we even naartoe plannen, want dan willen we niet gaan zeilen. De boot kan het misschien wel aan, maar de zenuwen van niet alle mensen aan boord niet. 

Op zondag moesten we in ieder geval in een haven liggen die bereikbaar is per trein om de passagierswissel uit te voeren, dus we kozen vanuit Makkum om richting Enkhuizen te varen. Dat is wel recht tegen de wind in, dus dat betekent een aantal keer kruisen en daarmee maak je de afstand al gauw bijna dubbel zo groot. We vertrokken dus lekker vroeg vanuit Makkum, nog voor negen uur hesen we de zeilen al weer. Met een lekkere windkracht 4 was het goed zeilen, voor de minder ervaren stuurmannen (ikzelf) en de volledige nieuwelingen (Nino) kun je met die wind goed voelen of je hoog genoeg zit of dat je hem misschien ook iets te veel knijpt.

Met een paar vlekkeloos uitgevoerde overstag handelingen zeilden we menig zeilbootje eruit en kwam Enkhuizen al sneller in zicht dan we hadden gedacht. Toch nog steeds bijna 6 uur varen. We “parkeerden” de boot mooi achteruit in een box, zodat het afstappen makkelijker is. En ook goede oefening voor als we de boot weer in moeten leveren, dan moeten we deze manoeuvre ook uitvoeren. 

In Enkhuizen haalden we als eerste een nieuw stukje Tynjetaler bij de kaasboer en zochten we al vroeg een restaurantje op om te eten, want wind en water maken hongerig. Het restaurant en de tafel bleven wel de hele maaltijd flink op en neer bewegen, blijkbaar toch iets te veel golven gehad. Kan iemand alsjeblieft even stoppen met de wereld zo schudden?

De geplande stadswandeling moesten we even kortsluiten, want het water kwam na het eten echt met bakken uit de hemel. Bart rende snel naar de boot, maar gelukkig had de buurman alle luikjes al dichtgedaan, anders hadden we toch een tweede keer een nat bed gehad. Was maar een korte bui, dus gelukkig konden we om acht uur de wandeling langs alle rare straatnamen weer hervatten. 

‘s Nachts schudde de boot hevig aan z’n touwen, de wind was inderdaad flink aangetrokken. De beslissing om niet te varen werd ‘s ochtends nog weer bevestigd, op het IJsselmeer een dikke zeven met stoten van windkracht 8. Gelukkig is in Enkhuizen genoeg te doen. Het Zuiderzeemuseum bestaat dit jaar 75 jaar, een goede reden om er nog een keer heen te gaan. 

In het binnenmuseum deden we een puzzeltocht, dan heb je toch iets om naar te zoeken en te lezen. Heel leuk gedaan met een koffer vol met puzzels, verschillende oplossingen en een blacklight zaklamp en vergrootglas om in het museum op zoek te gaan naar de verborgen boodschappen. Aan het eind steek je dan de goede puzzelstukken in de schatkist en als je het goed gedaan hebt, gaat hij open. Zo’n anderhalf uur waren we ermee zoet, maar wat een superleuk uitgevoerde puzzeltocht waarmee je meteen ook het hele museum ziet. 

Na de lunch gingen we met de museum boot naar het buitenmuseum. Konden we meteen zien wat voor golfslag de wind maakte op alleen al het kanaal, op het IJsselmeer zagen we welgeteld twee zeilbootjes in de verte. Mijn zwemplannen voor in het kanaal heb ik ook maar even op een laag pitje gezet, verdorie al de tweede keer dat (te) harde wind m’n zwemplannen in het water gooit. 

Het buitenmuseum blijft leuk, je waant je in de straatjes echt in een andere tijd, de “acteurs” zoals de touwmaker, de voddenboer, de smid die het ijzer staat te bonken en de visser die netten zit te haken, maken het geheel echt af, blijven ook goed in hun rol en kunnen allerlei leuke weetjes over de tijd van toen vertellen. Echt indrukwekkend ook om de inpoldering in stappen te zien, die Alfred Lely was toch ook een visionair. Ook een reminder dat je geduld moet hebben, want hij had het plan al in 1897 af, maar er moest eerst een watersnood in 1916 aan te pas komen om te zorgen dat de afsluitdijk in 1932 officieel kon worden geopend. 

Nog 1 laatste keer eten met z’n viertjes, of in ieder geval in deze samenstelling van vier en na het eten brachten we Nino met z’n allen naar de trein. Gelukkig reden die weer, zodat Nino in een kleine twee uur netjes in Rotterdam aankwam. De wind is al aardig gaan liggen, als je nu naar alle bootjes in de haven kijkt die daar vredig liggen, kun je je bijna niet meer voorstellen dat alles zo te keer ging vannacht. 

 

Twee keer Makkum

In Stavoren hadden ze weer wat nieuws bij de Marina: een croissanterie waar je ook kon ontbijten, lekker luxe met een vers croissantje, eitje en verse jus, vakantie betekent het ervan nemen, toch? Ook wel eens lekker om weer aan een gewone tafel met stoelen te zitten bij het ontbijt.

Rustig opstarten, want de koers was redelijk halve wind vandaag, einddoel: Makkum. Onderweg nog een kleine slag gemaakt om Hindeloopen mooi op de foto te krijgen. Daarna moesten we goed hoog blijven varen, want die rood-witte boeien staan er niet voor niets, als je inzoomt op de kaart dan zie je dat de diepte al snel terugloopt naar minder dan 1.5 meter. Dat was ook zo, bij Makkum met je goed de vaargeul aanhouden. Vlak om het hoekje bij de vaargeul ligt ook al een sleepbootje te wachten op minder oplettende toeristen die vastlopen. Zodra je een lijntje aanpakt van de sleper kan je flink afrekenen, wachten op de KNMR duurt langer, maar is wel goedkoper. 

Gelukkig hadden wij niets van dat alles nodig en rustig tuffend kwamen we aan bij de gemeente haven. De eerste nacht gaan we in de kom bij Feadship liggen, dat is een stuk dichter bij het dorp dan de jachthaven.  We lagen mooi op tijd en na de lunch maakten we een wandeling door Makkum waar de jaarmarkt werd gehouden. De zweefmolen was nog dicht, maar het terras gelukkig niet. 

‘s Avonds kwamen Magon, Bob en Bjorn op visite en gingen we gezellig uit eten om Magon’s verjaardag van een paar dagen terug nog eens te vieren. Heerlijk gegeten , of zou dat komen doordat buitenlucht hongerig maakt? Hoe dan ook, super gezellig dat ze even langs kwamen na het werk. 

De volgende dag gingen we verkassen naar de Marina, we hadden expres twee dagen Makkum gepland en de wind een beetje uitgekozen dat hij niet te sterk zou zijn. Met windkracht 3 is het prima surfen en ook het fietsen met tegenwind nog wel te doen. Bij het beach resort huurden Eniek en Bart allebei een plank en ik huurde een mooie hybride fiets om een tochtje alternatieve elf-steden te doen. Nino was vooral fotograaf op het strand en kon lekker in de zon wat luieren. 

De bedoeling was dat ik zo’n km of 60-70 zou fietsen, maar ja, in het begin ging ik al de verkeerde richting uit (als je niet doorhebt dat je naar Parrega/Gaast moet om in Workum te komen en dan in Bolsward uitkomt…). Ik wilde m’n rondje in omgekeerde richting rijden, maar werd toch verleid door de bordjes Elfsteden fietstocht, dus uiteindelijk van Bolsward toch naar Workum. Supertoeristisch daar vergeleken met Makkum, maar wel mooie gebouwen in het centrum. Daarna zetten we koers naar Hindeloopen, tot dan toe alles lekker met wind tegen, die 3 was nog best aanpoten. 

In Hindeloopen op het terras een kopje koffie gedronken, toen ik hoorde dat ze oranjekoek uit Balk hadden, dat ook besteld, vroeger mijn favoriete oranjekoek, maar deze was toch een stuk droger dan ik me herinnerde. Dan maar koers zetten naar Balk om bij de bakker verhaal te halen. Heb ik natuurlijk niet gedaan, maar in plaats daarvan gewoon nog een stukje oranjekoek genomen om te vergelijken. En wat blijkt: als je het e echt vers haalt, is het nog net zo lekker. 

De terugweg mag natuurlijk niet hetzelfde zijn als de heenweg, maar in Balk zat ik al bijna op 60km, hoogste tijd om weer terug te gaan dus. Via Woudsend, Heeg, langs het Heegermeer en Oudega richting Workum/Makkum. Die laatste 20km vielen me zwaar, voeding is alles en op twee stukjes oranjekoek, twee koffie, twee liter water en een banaan kun je eigenlijk niet dik 4 uur fietsen, maar goed, op karakter fietste ik die laatste 8km met tegenwind weer terug naar het beach resort om m’n fiets een half uur voor sluitingstijd met 97 km op de teller weer in te leveren. 

In de Marina de verhalen gehoord van een succesvolle middag surfen, lekker gedoucht om vervolgens een hele houtoven pizza en een ijsje te verorberen. Zo, nu even beentjes omhoog en deze blog afmaken en dan zzzzzz….

Windkracht zes

Op de boot staat dan wel windkracht 5 als de verhuurder, maar ook met windkracht 6 kun je prima zeilen. Wel weer het tweede rif erin en vandaag ook de fok iets gereefd, dat zeilt iets rustiger. En uiteraard hebben we allemaal een zwemvest om en maken we de afspraak dat wie er ook overboord valt, dat dat NIET Bart is, haha, man overboord oefening gaan we misschien nog wel een keer doen, maar liever dat Bart dan de oefening leidt en niet onder ons hoeft te lijden. 

De golven aan Markermeer kant zijn echt geweldig, geen van vieren zeeziek gelukkig, maar benedendeks zul je ons met deze golven niet aantreffen. Met deze harde wind leggen we in no time de afstand naar de sluis bij Lelystad af. Die tijdswinst (voor zover we tijd bijhouden in de vakantie) wordt weer teniet gedaan door de wachttijd bij de sluis. Uiteraard heeft beroepsvaart voorrang. De eerste sluiskolk wordt volledig gevuld door een gigantisch schip en in de tweede sluiskolk gaan twee iets kleinere schepen. Daar is zowaar nog plek voor ons bootje erbij. We liggen nog voor de brug en die geeft ook mooi aan dat wij moeten wachten, de vrachtschepen kunnen er mooi onderdoor, maar met onze mast moeten wij even wachten tot de brug ook open gaat. 

Op het IJsselmeer waait het inmiddels een dikke vier, kleine vijf en de koers naar Stavoren is rechtstreeks bevaarbaar. Dat je toch op moet letten en de kaart goed moet bekijken, maakt Bart ook weer duidelijk als hij opeens opmerkt dat de diepte onder de boot wel heel erg terugloopt. Zijn ze gewoon vergeten een heel groot stuk langs de dijk tussen Lelystad en Enkhuizen voldoende uit te graven! Met een klein zigzag even richting Lemmer varen we hier ook weer omheen. Voor de wind geeft mij ook mooi gelegenheid om in alle rust boterhammen beneden te smeren voor de lunch. 

De wolken boven het water zijn een van de mooiste dingen aan zeilen in Nederland, we proberen wat foto’s te maken en Bart waagt zich zelfs aan een panorama foto. Waarom dat niet een goed idee is op een boot bewijst het eindresultaat maar weer. 

Het vrouwenzand bij Stavoren weten we vakkundig te ontwijken. De sage van het vrouwtje van Stavoren kent misschien nog niet iedereen, dus hier de korte samenvatting: In de dertiende eeuw was Stavoren een rijke handelsstad en 1 hoogmoedige vrouwe gaf een kapitein opdracht het kostbaarste ter wereld terug te brengen in zijn schip. Toen hij terugkwam met een hele lading goudgeel graan, werd zij zo boos dat ze het overboord liet gooien. Daar kwam de zandbank die tegenwoordig het vrouwenzand heet uit voort.

Nu ik het verhaal weer heb opgefrist snappen we ook het beeld van de enorme vis in de haven, want blijkbaar gooide zij in woede haar gouden ring erachteraan toen de kapitein haar vervloekte en zei dat ze nooit arm zou worden net zo min als ze ooit haar ring weer terug zou zien. Tja, je raadt het al, die kwam terug in de ingewanden van een vis. Daarna heeft niet alleen het vrouwtje van Stavoren, maar ook de rest van de stad aan rijkdom ingeboet. 

Vlak voor we de kust bereikten belden we met de havenmeester van de Marina om te vragen of er een plekje was, zo voor het seizoen uit plek genoeg: steiger F plek 11-34. Aanleggen was iets lastiger met die harde wind, maar gelukkig kregen we hulp van een schipper die er al lag. Vakkundig legt Bart de boot weer achter vast aan de twee palen, met de twee vast punten aan de voorzijde ligt de boot weer klaar voor de nacht. Alleen het fluiten van de wind door alle masten en het kabbelen van de golfjes tegen de boot herinneren ons er nog continue aan dat het hard waait. 

Een lange zeildag en op Eniek na hadden we ons niet goed ingesmeerd, ook zo’n beginnersfout als je begint met bewolking en denkt dat het zo’n vaart niet zal lopen. Aloë vera moet uitkomst bieden, want morgen krijgen we nog zo’n mooie half-zon dag met veel wind en natuurlijk gaan we weer het water op. De menu-kaarten van de restaurants in Stavoren konden de jongere garde niet bekoren, dan maar de enige maaltijd die ik aan boord nog wel wil maken: macaroni. Bij de Coop niet alleen ingrediënten voor de avondmaaltijd gehaald, maar ook bijna alle Friese lekkernijen die we maar konden vinden: suikerbrood, sûkerlatte, dúmkes, oranjekoek en pompebleadjes. Aan carbs geen gebrek deze vakantie zullen we maar zeggen.