Ik snap dat ik met de titel m’n Engelstalige Facebook vrienden op het verkeerde been zet, maar hoop dat mijn Nederlandse blog vrienden de woordspeling kunnen waarderen. Dag 4 en 5 van de vakantie gingen we namelijk skien bij Mayrhofen/Hippach waar in ieder geval mijn ski-avonturen begonnen in 1997 (of 1998, die tel zijn we nog steeds een beetje kwijt en digitale fotografie bestond toen nog niet…), een eeuwigheid geleden leren skien op de blauwe 8 die nu blauwe 14 is, maar ik hardnekkig de blauwe 8 ben blijven noemen, tot meewarrig vermaak of ergernis van Eniek en Stijn, welke van de twee was niet helemaal duidelijk. Maar behalve de nieuwe
nummering en dat de techniek een upgrade heeft gekregen – de tweezits liftjes zijn verdwenen en nu is de Tappenalm gewoon een vierzitter geworden – en er nu heel veel liften met stoelverwarming zijn is het eigenlijk nog helemaal hetzelfde gebleven. Zelfs de ski-school routine van voorskien op hetzelfde heuveltje en dezelfde man die de groepen indeelt (Andreas en Josef, allebei nu met grijs haar). En bovenaan de gondel het restaurant waar we in het jaar dat Eniek pas 10 maanden was zo vaak gezeten hebben, al kon Eniek zich niet meer herinneren dat ze in de vensterbank tegen het raam geplakt had gezeten terwijl wij om en om gingen skien.
De twee warmste en zonnigste dagen van de week konden we meteen verzilveren. Lekker op het terras buiten zonder jas koffiedrinken en lunchen en de sneeuw kon wat “ont-ijsen”. Vooral bovenop het plateau bij de 150’er gondola, die zo heet omdat je er
met 150 mensen tegelijk in kan, je staat dus als haringen in een ton, maar dat zijn de
pistes wel waard! Lekker lange dagen gemaakt, vooral op donderdag, toen waren we pas om 5 uur weer in het appartement en hadden we geen puf meer om te koken, gelukkig hadden de jongens een pizzeria gezien vlakbij ons appartement. Grote bestellingen kregen ze wel vaker daar, maar ik heb zelf nog nooit met een stapel van 8 pizzadozen over straat gelopen. Buitenlucht maakt hongerig en dus smaken de pizzas nog beter dan normaal.
De laatste ski-dag van de vakantie wilden we afsluiten in Kaltenbach: niet te ver rijden en daar moesten we eind van de dag toch alle materialen weer inleveren. En niet onbelangrijk: na uitgebreid onderzoek van ons smaakpanel waren we tot de conclusie gekomen dat Marendalm de lekkerste kaiserschmarren heeft en die konden dus op onze laatste piste-lunch niet ontbreken. Bart, Eniek en ik wilden het meeste linkse deel van het gebied ook verkennen en stuitten zo op een geweldig leuk restaurant, de Krystalhut, supermooi uitzicht, mooi houten meubilair en buiten verwarming boven de tafels.
Na de lunch gingen we met z’n 8-en naar boven om familie-foto’s te nemen, alleen geen fotograaf gevonden om ons alle 8 op de foto te zetten. Wat een supermooie afsluitingsafdaling had moeten worden, werd voor mij toch een iets mindere ervaring. Halverwege de 3 op een ijzig en steil stuk stond abrupt iemand stil, ik kon hem nog net vermijden, maar roetste een eind naar beneden en toen 1 ski grip kreeg, verdraaide ik m’n linkerknie. Gelukkig was Bjorn bij me op de piste om me op te rapen en bleef hij ook zorgaam achter mij skien terwijl ik op z’n “oude wijven bochten” eerst naar de lift onderaan de rode 3 skiede en daarna via de rode 4 en de blauwe Z naar het restaurant waar we hadden afgesproken voor einde dag. Niet meer skien voor mij, been omhoog en de volgende dag flink stijf en pijnlijk.
Voor de laatste ochtend hadden we dubbele broodjes besteld bij de bakker, 20 voor het ontbijt zelf en 20 om mee te nemen in de auto, wel een beetje lachwekkend om dan een enorme doos bezorgd te zien in de ochtend. We wisten al dat ze vroeg bezorgden en wij wilden file vermijden, dus om 6 uur zaten we aan tafel en om kwart voor zeven reden we weg uit het Zillertal. Dit keer gewoon ieder z’n eigen route en tempo, het paard ruikt de stal. Files vielen alleszins mee en eigenlijk mogen we niet eens van file spreken, de arme wintersporters die de andere kant op gingen hadden tientallen kilometers file, maar richting Nederland reden iets minder mensen, het was bij vlagen druk, maar om kwart over vijf waren we al home sweet home. Laat het grote was-feest beginnen!